Soorten hosting
Cloudhosting – een moderne hostingservice die meerdere fysieke servers verbindt met behulp van cloudinfrastructuur om een krachtige hostingoplossing te creëren. Dit helpt bij schalen, redundantie en prestaties. Het is over het algemeen geen goedkope optie, maar u betaalt alleen voor de middelen die u nodig heeft. Zowel kleinere websites als zelfs grote apps op ondernemingsniveau kunnen profiteren van cloudhosting.
Dedicated server hosting – de hele fysieke server wordt verhuurd (of verkocht) aan één gebruiker. U wordt de beheerder van deze server en kunt deze, met volledige controle, configureren voor specifieke behoeften. Alleen de grootste projecten vereisen dedicated serverhosting en het wordt als een zeer geavanceerde optie beschouwd.
Linux-hosting verwijst naar het besturingssysteem dat op de hostingserver draait. Het is het meest gebruikte serverbesturingssysteem dat gedeelde, VPS-, cloud- en dedicated servers aanstuurt.
Reseller-hosting verwijst naar service wanneer een grotere provider serverruimte verhuurt en software nodig heeft zodat de koper die serverruimte aan zijn eigen klanten kan doorverkopen. Het is een strategie die wordt gebruikt om als ontwikkelaar/bureau uw eigen hostingbedrijf of de websites van klanten te hosten zonder een enorme investering. Voor een beter voorbeeld: stel je voor dat je een watermeloen koopt van een boer, hem in stukken snijdt en die stukken met winst verkoopt. Dit is precies hoe reseller hosting werkt.
Shared hosting – de goedkoopste optie voor webhosting wanneer een enkele fysieke server wordt gedeeld door meerdere (tot enkele honderden) gebruikers. Dit is technologisch eenvoudig te doen en vereist geen dure technologie, waardoor de kosten laag blijven. Shared hosting is de beste optie voor de meeste kleine en middelgrote websites. Bovendien is het heel gemakkelijk te gebruiken omdat alle technische details in handen zijn van de provider.
VPS-hosting – Virtual Private Server-hosting is het tussengebied van gedeelde en dedicated servers. Door virtualisatiesoftware te gebruiken, worden de bronnen van een fysieke server gesegmenteerd, gescheiden en verdeeld over verschillende accounts. In tegenstelling tot shared hosting, zijn deze bronnen volledig aan u gewijd. VPS-hosting kan zowel redelijk betaalbaar zijn als u een onbeheerde toegangsoptie kiest, als behoorlijk duur voor hoogwaardige beheerde services. Het past bij grotere projecten, dankzij het gemak van schaalbaarheid.
Windows-hosting verwijst naar het besturingssysteem dat op de hostingserver draait. Windows is niet een veelgebruikt server-besturingssysteem, maar het is nog steeds nodig voor Microsoft-specifieke projecten als u MSSQL, ASP.NET of .NET Core wilt gebruiken. In vergelijking met Linux kan Windows-hosting gemakkelijker te gebruiken zijn dankzij de grafische gebruikersinterface.
WordPress-hosting verwijst naar elke webhostingservice die zich richt op WordPress-websitehosting . Meestal wordt het gebruikt als marketingterm, omdat dit contentmanagementsysteem het populairste systeem is waarop u uw site kunt bouwen. Sommige providers bieden echter daadwerkelijk WordPress-specifieke optimalisaties, tools en ondersteuning.
Servers
Bandbreedte is een maatstaf die aangeeft hoeveel data er in een bepaalde periode kan worden overgedragen. Meestal stellen aanbieders een maandelijkse vergoeding vast. Bandbreedtebronnen worden gebruikt voor elke interactie met uw website – bestanden van elke pagina moeten worden afgeleverd bij de bezoeker, het uploaden en downloaden van bestanden telt ook mee.
CPU – Central Processing Unit is een stuk hardware dat op dezelfde manier werkt als uw hersenen. Het ontvangt signalen en onderneemt actie om die signalen verwerkt en uitgevoerd te krijgen. Hoe meer en snellere CPU’s uw server heeft, hoe meer informatie er kan worden verwerkt voor complexe website-/app-functies.
Datacenter is een speciale ruimte of een gebouw waar fysieke servermachines staan. Kwaliteitsdatacenters volgen strikte beveiligings- en redundantieprotocollen om ervoor te zorgen dat de servers 24/7 zonder onderbrekingen draaien. De locatie van het datacenter is belangrijk als u zich op een bepaalde doelgroep wilt richten. Hoe dichter een fysieke server zich bij het publiek bevindt, hoe lager de latentie, wat zorgt voor optimale snelheden.
Inodes zijn records in het bestandssysteem die de gegevens van elke bestandseigenaar, locatie, grootte en dergelijke opslaan. Dit betekent dat het aantal inodes gelijk is aan het aantal bestanden. Inodes worden vaak gebruikt als een vorm van beperking – hostingproviders kunnen bepalen hoeveel inodes u op uw server kunt hebben.
IP-adres – Een IP-adres (Internet Protocol) is een numeriek label dat is toegewezen aan elk apparaat dat internetprotocol gebruikt voor communicatie. Dit betekent dat alle laptops, servers, telefoons en andere apparaten een IP-adres hebben. Het wordt gebruikt voor het verzenden en ontvangen van informatie. Op shared hosting kunt u een IP-adres delen met de andere gebruikers van die server, hoewel het mogelijk is om alleen een speciaal IP-adres voor uw account aan te schaffen. Gebruikers van VPS en dedicated servers krijgen hun eigen dedicated IP’s. Er zijn 2 IP-versies – IPv4 en IPv6 . IPv4 is een 32-bits standaard IP-adres dat in 1981 werd geïmplementeerd met een limiet van ongeveer 4,3 miljard adressen. Ondertussen is IPv6, dat eind jaren negentig werd geïmplementeerd, een 128-bits versie met een theoretische limiet van 340 undecillion-adressen.
Processen (actief/invoer) – Processen zijn het aantal acties dat op een bepaald moment op de server plaatsvindt. Bijvoorbeeld het openen van een mailbox, het verzenden van e-mail, het installeren van een app, enz. Ondertussen verwijzen invoerprocessen alleen naar die acties wanneer een webpagina wordt geopend. Zodra de eerste pagina’s/verzoeken zijn geladen, eindigen de invoerprocessen.
RAM – Random Access Memory is een tijdelijk/vluchtig type opslag op de server. Het is nodig om elke app of programma uit te voeren, maar de gegevens die erop zijn opgeslagen, worden verwijderd zodra de server opnieuw wordt opgestart of wanneer de app deze beëindigt.
Server is een fysieke computermachine waarop websites/applicaties worden gehost. Stel je het voor als je eigen computer met tien keer meer kracht en opslagruimte. Servers draaien 24/7 in sterk redundante datacenters, zodat uw project altijd online blijft.
Opslag-/schijfruimte is waar al uw website-/toepassingsbestanden worden opgeslagen. Het kan SSD (solid-state drive) of HDD (harde schijf) zijn. SSD’s zijn moderne opslageenheden die geen bewegende elementen op de hardware hebben en sneller zijn. HDD’s zijn een oudere versie van opslag en hebben bewegende onderdelen op de hardware, waardoor ze langzamer en minder betrouwbaar zijn.
Hostingbeheersoftware
.htaccess staat voor hypertext-toegang. Het kan worden gebruikt voor het in- of uitschakelen van Apache-webserverfunctionaliteiten. U kunt bijvoorbeeld andere websites die naar uw site linken blokkeren, een wachtwoord instellen of een 404-pagina. Het kan gunstig zijn voor SEO om de functionaliteit van uw site te verbeteren.
In het configuratiescherm bevinden zich de meeste tools om uw hostingaccount/server/website te beheren. Je kunt het vergelijken met de instellingen van je computer. cPanel is het meest populaire configuratiescherm, hoewel veel hostingproviders nu overschakelen naar op maat gemaakte opties.
Bestandsbeheer is een van de tools van het configuratiescherm voor het uploaden, downloaden en bewerken van de bestanden van uw hostingaccount/website.
FTP/SFTP – File Transfer Protocol wordt gebruikt om bestanden over te dragen tussen computers op een netwerk. U kunt het bijvoorbeeld gebruiken om bestanden van uw computer naar uw hostingaccount te transporteren. SFTP of Secure File Transfer Protocol voegt een beveiligingslaag toe omdat bestanden worden overgedragen via een enkele verbinding via een beveiligd shell-protocol, waardoor de verbinding beschermd blijft.
Load balancer is een systeem dat inkomend verkeer over meerdere servers verdeelt om overbelasting van het systeem te voorkomen als er veel verkeer naar hetzelfde IP-adres komt. Het wordt gebruikt om de prestaties op populaire websites/applicaties te verbeteren.
phpMyAdmin is een open-source tool in PHP voor live MySQL-databasebeheer. U vindt het op de meeste hostingpanelen en kunt het onder andere gebruiken voor het maken van databases, het bewerken van tabellen of het instellen van gebruikersrechten.
Softaculous – wanneer providers zeggen dat ze app-installatieprogramma’s met één klik hebben, bedoelen ze meestal Softaculous. Het is de grootste en populairste bibliotheek voor app-installatieprogramma’s, waar u WordPress, Joomla, Drupal en andere CMS’en kunt vinden.
SSH – Secure Sockets Shell is een protocol om veilig verbinding te maken met een externe computer. De gegevens die van uw computer naar een externe computer gaan, zijn versleuteld en alleen de machine met een speciale privésleutel kan die gegevens ontsleutelen. U kunt het gebruiken om een externe server veilig vanuit huis te besturen en te wijzigen via de internetverbinding. Dat doe je door vooraf ingestelde SSH-commando’s te typen via Terminal in mac of PuTTY in Windows.
WHM – Web Host Manager is de administratieve toegang tot cPanel. U kunt het gebruiken om afzonderlijke cPanel-accounts aan te maken en voor elk van hen limieten voor serverbronnen in te stellen. Het wordt voornamelijk gebruikt voor reseller-hosting.
WHMCS – Web Host Manager Complete Solution is software voor het automatiseren van hostingfacturering en klantenbeheer. Het wordt gebruikt door reseller-hosting/bureaus om verschillende hostingplannen te maken en automatische facturering voor klanten in te stellen.
web applicaties
Drupal is een populair open-source contentmanagementsysteem geschreven in PHP. Het wordt voornamelijk gebruikt door bedrijven, NGO’s en overheidsinstanties in plaats van door het publiek. Drupal staat bekend om zijn veiligheid en aanpasbaarheid, evenals een hogere leercurve in vergelijking met WordPress.
Joomla is een gratis contentmanagementsysteem dat is gericht op ontwikkelaars en waarmee ze de websites naar behoefte kunnen aanpassen. Hoewel niet zo populair als WordPress, is Joomla veiliger en minder kwetsbaar voor cyberaanvallen.
PrestaShop is een open-source contentmanagementsysteem voor online winkels dat werkt volgens het freemium-model. De app zelf is gratis, maar veel van zijn functies en plug-ins worden ontgrendeld door te betalen, net als bij het gebruik van WordPress. Tegelijkertijd is het gemakkelijker te gebruiken voor online winkels, omdat het daar speciaal voor is ontworpen.
Websitebouwers zijn meestal allesomvattende platforms die een tool bieden voor het maken van een website met behulp van een visuele editor inclusief hosting . Het is een alternatief voor het klassieke hosting + CMS-model voor diegenen die snel een website moeten maken of niet over de technische expertise beschikken om een website helemaal opnieuw te ontwikkelen.
WordPress is het populairste open-source contentmanagementsysteem geschreven in PHP. Wat begon als een blogplatform, wordt nu door de meeste websites gebruikt – inclusief blogs, online winkels en nieuwsportalen. WordPress dekt bijna 40% van alle websites.
Zen Cart is een gratis en open source winkelwagensoftware. Hoewel het niet zo populair is als WordPress of Drupal, is het heel gemakkelijk te gebruiken om snel productpagina’s te maken. Het kan een goede optie zijn voor kleine online winkels die een website nodig hebben met gemakkelijk configureerbare productpagina-opties.
Veiligheid
2FA – 2-Factor Authentication is een procedure die een tweede beveiligingslaag toevoegt bij het inloggen op een account. Inloggen met alleen een wachtwoord is niet genoeg; 2FA stuurt ook een code naar je telefoon of genereert deze via een authenticatie-app. Deze procedure wordt een nieuwe standaard als het gaat om het beschermen van uw rekeningen.
Back -up is een service die een kopie maakt van al uw website-/app-bestanden en gegevens en deze permanent/tijdelijk opslaat op een externe/dezelfde server. U kunt die kopie vervolgens gebruiken om een website/app te herstellen voor het geval er een grote fout/kwetsbaarheid wordt ontdekt. Het is het beste om te kiezen voor dagelijkse back-ups die worden opgeslagen op een externe server/cloud voor de beste beveiliging.
Brute-Force Attack verwijst meestal naar die aanvallen waarbij hackers proberen uw account binnen te dringen met behulp van een script of software die automatisch meerdere pogingen uitvoert om het wachtwoord te raden/engineeren.
DDoS – Distributed Denial of Service is een type cyberaanval wanneer een gerichte computer/server wordt overspoeld met verkeer. Het doel is om die computer/server onbeschikbaar te maken of op zijn minst de prestaties in gevaar te brengen.
Firewall is een essentiële beveiligingsfunctie die werkt als een wegversperring. Firewalls krijgen een reeks regels om hen te helpen bepalen of het verkeer moet worden doorgelaten of niet. Het voorkomt dat onbevoegd of kwaadaardig verkeer de server bereikt. Bij shared hosting zorgen de providers meestal voor de serverfirewall. Ondertussen vereisen VPS of dedicated servers vaak dat u zelf een firewall installeert.
Malware is software die is ontworpen om opzettelijk gerichte netwerken, hardware en software te beschadigen en te compromitteren. Het is een veelvoorkomend type cyberaanval op websites. Hostingproviders hebben vaak tools voor het scannen van malware geïmplementeerd, maar de meeste van hen brengen extra kosten in rekening voor het verwijderen.
RAID – Redundant Array of Independent Disks is een technologie die bedoeld is om de gegevensredundantie van de server te vergroten. Het werkt door de gegevens over meerdere servers te verdelen en gegevensverlies te voorkomen in het geval dat de schijven worden gecompromitteerd.
SSL/TLS – Secure Sockets Layer (SSL) is een protocol dat gegevens die tussen 2 systemen reizen versleutelt, zodat het wordt beschermd tegen vrije toegang voor onbevoegde partijen. Transport Layer Security (TLS) is een verbeterde versie van SSL. Wanneer u een SSL-certificaat krijgt of er een aanschaft, krijgt u in feite enkele van de nieuwste versies van TLS. SSL is slechts een populaire term die wordt gebruikt om zowel SSL als TLS te beschrijven, net zoals Jacuzzi staat voor een hotub of Sharpie voor een permanente markt.
Prestatie
Cache – in webhosting is cache (uitgesproken als késh) een service die bedoeld is om uw website/app sneller te laten laden door de veelgebruikte bestanden dichter bij de bestemming op te slaan, bijvoorbeeld de browser van de bezoeker of RAM (random access memory). Op deze manier hoeven die gegevens niet uit de oorspronkelijke opslag te worden opgehaald en kunnen pagina’s sneller worden geladen. Afhankelijk van het type cache werkt het meestal met terugkerende bezoeken, wat betekent dat nieuwe bezoekers minder snel profiteren van caching. Bovendien wordt uw website redundanter – omdat gegevens in de cache worden opgeslagen, hebben bezoekers er vaak toegang toe, zelfs als de server tijdelijk niet beschikbaar is.
CDN – Content Delivery Network is een service die website-inhoud in de cache opslaat op een netwerk van servers die zich op meerdere bestemmingen wereldwijd bevinden. Dit werkt om de laadtijden van pagina’s voor wereldwijde doelgroepen te versnellen, omdat de gegevens geen lange afstanden hoeven te reizen. Services zoals Cloudflare kunnen ook uw IP-adres maskeren en zo het risico op DDoS-aanvallen verminderen.
First Contentful Paint meet de tijd waarin het eerste visuele element verschijnt op de pagina die wordt geladen. Het geeft de bezoeker aan dat de pagina daadwerkelijk wordt geladen, wat zorgt voor een goede gebruikerservaring. Alles tot 1,8 seconden wordt als snel beschouwd.
Largest Contentful Paint meet de tijd waarin de hoofdinhoud van de pagina is geladen. Bezoekers beschouwen dit vaak als het eindresultaat van de pagina, terwijl sommige processen nog op de achtergrond draaien. Het is een belangrijke statistiek, zowel in termen van gebruikerservaring als rankings in zoekmachines. Resultaten tot 2,5 seconden worden als goed beschouwd in de Web Vitals van Google.
De laadtijd van een pagina verwijst naar de tijd die een pagina nodig heeft om volledig te laden. Het wordt steeds belangrijker omdat zoekmachines en zelfs socialemediagiganten zoals Facebook langzaam ladende websites bestraffen. De acceptabele laadtijd van de pagina is momenteel maximaal 3 seconden.
Responstijd is de tijd waarin een server reageert op een signaal (ping) dat zijn kant op wordt gestuurd. De tijd moet zo stabiel mogelijk zijn in goed werkende servers. Trage reactietijden veroorzaken een onnodige vertraging bij het laden van pagina’s. De ideale responstijd is maximaal 200 ms, maar alles tot 600 ms is acceptabel.
SLA – Service Level Agreement is de toewijding van een provider aan servicekwaliteit. Het wordt meestal gebruikt om een uptime-garantie en compensatie te bepalen als een dergelijke garantie niet wordt gevolgd vanwege de fout van de provider.
TTFB – Time To First Byte geeft de tijd aan die de server nodig had om de eerste byte aan gegevens te verzenden bij het laden van een website. Het mag niet langer zijn dan 600 ms om de audit van Google te doorstaan.
Uptime verwijst naar de tijd (meestal in procenten) dat de server online is (en uw website ook). Een standaard uptimegarantie in de webhostingindustrie is 99,9%, wat gelijk staat aan 1 minuut en 26 seconden downtime per dag. Veel goede providers overschrijden deze garantie echter en streven ernaar om zo dicht mogelijk bij de 100% te zijn.
fouten
301 Permanent verplaatst – de pagina die u zoekt wordt omgeleid naar een nieuwe permanente URL.
302 Tijdelijk verplaatst – de pagina die u zoekt wordt tijdelijk omgeleid naar een andere URL.
304 Niet gewijzigd – de aangevraagde bron is niet gewijzigd sinds het laatste verzoek om toegang.
400 Bad Request – het verzoek is niet afgeleverd vanwege een clientfout (bijv. typ- of syntaxisfout bij het invoeren van een URL).
401 Ongeautoriseerd – het verzoek is niet afgeleverd omdat het gebruikersauthenticatie vereist.
403 Forbidden – de server heeft het verzoek begrepen, maar heeft het niet afgeleverd omdat de toegang verboden is.
404 Bestand niet gevonden – de gevraagde bron (pagina/bestand) bestaat niet. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer een pagina wordt verwijderd en niet wordt omgeleid of de klant de verkeerde URL heeft ingevoerd.
405 Methode niet toegestaan – een gespecificeerde aanvraagmethode is ontvangen en herkend, maar de specifieke methode is afgewezen voor die bron.
409 Conflict – de server kon het verzoek niet voltooien vanwege het conflict met de huidige status van de aangevraagde bron. Het verschijnt in situaties waarin de gebruiker het conflict mogelijk kan oplossen en het verzoek opnieuw kan indienen.
418 I’m A Teapot – een aprilgrap van IETF, wat betekent dat de server weigerde koffie te zetten omdat het een theepot is.
500 Interne serverfout – server heeft een onverwachte fout aangetroffen. Een van de meest voorkomende serverfouten die u zult tegenkomen, omdat het een algemene fout is voor problemen die geen bepaalde foutcode hebben.
502 Bad Gateway – een van de servers heeft een ongeldig antwoord ontvangen van een andere.
503 Service niet beschikbaar – geeft aan dat de server het verzoek niet kan verwerken omdat het down/overbelast is.
E-mailhosting
Autoresponder – een veelgebruikte functie van de meeste e-maildiensten, waarmee u geautomatiseerde berichten kunt verzenden als reactie op een ontvangen e-mail. U kunt bijvoorbeeld afwezigheidsberichten instellen of bedankmails instellen.
Catch-all is een mailbox die alle e-mails ontvangt die naar een bepaald domein worden verzonden. U hebt bijvoorbeeld hallo@uwbedrijf.com mailbox, maar een klant stuurt een e-mail naar contact@uwbedrijf.com mailbox – u krijgt die e-mail nog steeds.
IMAP – Internet Message Access Protocol is een manier om e-mails op te halen wanneer een kopie op de server wordt opgeslagen totdat deze handmatig wordt verwijderd. Op deze manier hebben mensen met meerdere apparaten toegang tot de e-mails op allemaal.
MX record – Mail Exchanger is een record binnen het DNS (Domain Name) systeem. Het werkt om aan te geven welke mailserver wordt gebruikt voor het ontvangen van e-mails naar uw domein.
POP – Post Office Protocol is een proces voor het ontvangen en verifiëren van e-mailberichten. U kunt het samen met e-mailtoepassingen zoals Outlook of Gmail gebruiken om uw berichten te lezen. Het is belangrijk op te merken dat POP de berichten niet op meerdere apparaten synchroniseert. Het downloadt het bericht van een server naar een apparaat naar keuze en verwijdert het van de server.
SMTP – Simple Mail Transfer Protocol is een reeks opdrachten die ervoor zorgen dat het e-mailbericht de beoogde ontvanger bereikt.
Webmail is een manier om berichten rechtstreeks vanuit de browser te bekijken en te verzenden zonder dat u een speciale e-mailtoepassing hoeft te installeren.
Domeinhosting
DNS – Domain Name System is een protocol dat uw gemakkelijk te onthouden domeinnaam (uwdomein.com) vertaalt in een numerieke reeks (IP-adres) die computers begrijpen.
Domeinprivacy is een service die uw persoonlijke informatie (naam, bedrijfsnaam, adres, enz.) verbergt voor openbare domeinrecords door deze te vervangen door algemene informatie.
Domeinregistreerder is een bedrijf dat de ICANN-accreditatie (Internet Corporation for Assigned Names and Numbers) heeft verkregen voor het registreren en beheren van domeinnamen. GoDaddy is bijvoorbeeld een van de grootste domeinregistreerders waar u domeinnamen kunt kopen (of verkopen).
ICANN – Internet Corporation for Assigned Names and Numbers is een organisatie die alle IP-adressen en domeinen op internet beheert en coördineert, zodat computers met elkaar kunnen communiceren. Hierdoor kunnen we het internet zoals we het kennen zien en ermee werken.
Geparkeerd domein is een domein dat momenteel niet actief wordt gebruikt, maar dat een plaats op de server heeft gekregen. Net als een auto in een garage, vandaar de naam ‘geparkeerd’. Een dergelijk domein kan worden gebruikt om verkeer om te leiden naar een werkende website of om berichten weer te geven.
Subdomein is een voorvoegsel vóór uw werkelijke domeinnaam. Bijvoorbeeld in en.website.com , en . is een subdomein. Een subdomein kan zijn eigen unieke inhoud hebben. Zoals in het vorige voorbeeld, en. subdomein kan een Engelse versie van een website weergeven als het hoofddomein een andere taal weergeeft.
TLD – Top Level Domains zijn de achtervoegsels aan het einde van elk domein, zoals . com, .org of zelfs . leuk en. ninja .
Bovenstaande is vertaald door Google Translate
Bron: https://cybernews.com/resources/web-hosting-glossary/